De Duitse inflatie zakt verder weg en banken lenen weer minder geld uit aan consumenten en bedrijven. Ondertussen speculeren beleggers op extra maatregelen van de Europese Centrale Bank.
De inflatie in Duitsland is in november gezakt tot 0,6 procent op jaarbasis, van 0,8 procent een maand eerder, meldde het Duitse federale statistiekbureau donderdag op basis van een eerste raming. Het cijfer komt overeen met de gemiddelde verwachting van economen.
Daarmee ligt de inflatie in de grootste economie van Europa nu op het laagste niveau sinds februari 2010. Op basis van de geharmoniseerde Europese meetmethode kwam de inflatie uit op 0,5 procent, tegen 0,7 procent een maand daarvoor.
Lage inflatie zorg voor ECB
De lage inflatie in Duitsland is een kopzorg voor de Europese Centrale Bank (ECB). Die mikt op een inflatie van bijna 2 procent, maar de geldontwaarding komt al een halfjaar uit op 0,5 procent of minder. De ontwikkeling van het prijspeil staat vooral onder druk door de dalende energieprijzen.
De lage inflatie voedt de vrees voor deflatie, een periode van aanhoudende prijsdalingen. Dat kan duiden op aanhoudend zwakke economische groei, omdat bedrijven geen mogelijkheden zien om prijzen te verhogen.
Vrijdag komt het Europese statistiekbureau Eurostat met voorlopige cijfers over de inflatie in de eurozone naar buiten. ING-econoom Carsten Brzeski denkt dat de ECB zijn verwachtingen voor de inflatie opnieuw neerwaarts zal moeten bijstellen. In september rekende de centrale bank nog op een gemiddelde inflatie van 1,1 procent in 2015 en 1,4 procent in 2016.
Banken lenen minder uit
De lage inflatie in Duitsland was niet de enige domper voor de ECB donderdag. Banken hebben in oktober 1,1 procent minder geld uitgeleend aan consumenten en bedrijven, blijkt uit cijfers die de ECB bekendmaakte. In september daalde de kredietverstrekking met 1,2 procent op jaarbasis.
Het rapport van de ECB impliceert dat de tot dusver genomen extra steunmaatregelen, vooral bedoeld om de kredietverstrekking aan te jagen, nog amper effect hebben. "De cijfers zijn weinig tevredenstellend voor de ECB en zullen de druk om extra steunmaatregelen te treffen niet of nauwelijks verlichten", zei een analist van IHS Global Insight.
Recordlage rentes
Beleggers speculeren juist op een uitbreiding van de steunprogramma’s van de ECB. De rente op toonaangevende tienjarige staatsobligaties van tal van eurolanden zakte donderdag tot recordlage niveaus.
De rente op de tienjarige Duitse staatslening, die als het meest veilig geldt, daalde tot 0,71 procent. Dat is in ieder geval de laagste stand sinds persbureau Bloomberg in 1989 begon met het bijhouden van de renteontwikkeling. De rente op vergelijkbaar Nederlands staatspapier daalde tot 0,83 procent. Aan het begin van dit jaar was de Nederlandse rente nog ruim 2,2 procent.
Belofte Draghi
President Mario Draghi van de ECB beloofde eerder deze maand dat de centrale bank alles in het werk zal stellen om te voorkomen dat de inflatiedoelstelling van net geen 2 procent buiten beeld raakt. Dat werd door de financiële markten opgevat als een voorbode van aanvullende maatregelen.
Tijdens de schuldencrisis liepen de rentes van onder meer Italië en Spanje gevaarlijk hoog op, omdat beleggers er minder vertrouwen in hadden dat de landen aan hun verplichtingen konden blijven voldoen. Ook toen was het Draghi die voor verlichting zorgde.
Zijn belofte in de zomer van 2012 om te doen wat nodig was om de euro te redden, leidde tot een afname van de spanningen rond de staatsfinanciën van de Zuid-Europese landen. De rentes op staatsobligaties zijn daardoor sindsdien sterk gedaald.
De rente op de tienjarige Italiaanse lening daalde donderdag tot een historisch dieptepunt van 2,1 procent. De Spaanse rente zakte tot 1,9 procent, eveneens een laagterecord.
Bron: Z24/ANP
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl